Lees hier alles over de motoren, verbruik en duurzaamheid van de Renault Mégane.
De Renault Mégane is al jaren in veel verschillende versies op de markt. Maar het model heeft – misschien op de sportieve Renault Sport-versies na – nooit helemaal de harten van het koperspubliek kunnen veroveren zoals de Franse firma had gehoopt. Uitzondering is de 1.5dCi Estate die dankzij fiscale voordelen een populaire keuze was bij leaserijders. Die ietwat achterblijvende populariteit heeft waarschijnlijk meer te maken met de kwaliteiten van de concurrentie dan met tekortkomingen van de Mégane zelf, want het is altijd een fijn rijdende auto geweest met een eigen, unieke vormgeving. Deze vierde generatie werd in 2016 gepresenteerd en kenmerkt zich niet alleen door een fraai nieuw uiterlijk, maar tevens door een hightech interieur dat volgestopt is met veiligheidsvoorzieningen en technische hoogstandjes. De auto is groter – langer, lager en breder – en veel geavanceerder dan vorige Méganes. Hij rijdt ook goed, met een keur aan motoren waaronder een levendige 130 pk 1.2 benzinemotor en een snelle 1.6. Er is tevens een trio dieselmotoren , van een zuinige 1.5 dCi 110 tot een pittige 1.6 dCi 130 en een nog krachtigere 1.6 met 163 pk. De Mégane staat op een nieuwe bodemplaat die bijdraagt aan het verbeterde weggedrag. Wel is hij nog steeds een tikje zacht afgestemd, want hoewel het rijgedrag comfortabel is, rolt de koets in bochten een beetje. De Mégane geeft het gevoel het niet heel prettig te vinden om al te stevig te worden gereden. Binnen is er meer dan voldoende ruimte voorin, met een fijne en goed instelbare zitpositie. Achterin kan een passagier wat krap zitten indien de bestuurder een lang postuur heeft, want hier is minder beenruimte beschikbaar dan in de meeste concurrenten. De kofferbak heeft prima afmetingen, maar ook hier is de inhoud een tikje kleiner dan die van de ruimste modellen in deze klasse. Het interieur ademt een plezierige en moderne sfeer, al zijn sommige functies enkel te bedienen via het infotainment-scherm, wat een tikje onhandig is. Verder is er keuze uit verschillende versies die allemaal een heel behoorlijk uitrustingsniveau hebben. Hoewel de Mégane geen deuk slaat in het ijzersterke imago van de concurrenten, is het een slimme en aantrekkelijke auto die prima aansluit bij de behoeften van veel mensen. En er zijn inmiddels flink wat gebruikte exemplaren op de markt tegen verleidelijke prijzen.
De dieselmotoren in de Mégane-reeks zijn bijzonder zuinig. Zo scoort de 1.5 dCi volgens de fabrikant gemiddeld 1 op 29,4 en ook de minst krachtige 1.6 dCi doet het met 1 op 25 nog heel goed. De 163 pk sterke 1.6 dCi komt tot 1 op 21,7. En ook de 100 pk 1.2 TCe scoort met een verbruik van 1 op 18,5 heel acceptabel.
Veel Méganes brengen een groot deel van hun tijd door op parkeerplaatsen, dus loop de carrosserie na op krassen en deuken – vooral aan de achterzijde, want het zicht naar achteren is niet zo best. Controleer ook de lichtmetalen wielen op beschadigingen als gevolg van stoeprandjes.
Deze generatie is nog maar kort op de markt waardoor er nog weinig grote problemen bekend zijn, maar de vorige generatie – die veel techniek deelde met deze vierde generatie – had wat problemen met verstopte roetfilters. Dat was vaak op te lossen door een flinke rit te maken om het filter schoon te branden. Als dat niet helpt, moet de garage het oplossen en dat kan kostbaar zijn.
De 1,2-liter benzine -instapper is prima voor het rijden in de stad en kortere ritten, maar hij moet op de snelweg behoorlijk hard werken, waardoor het eerder een lawaaierige krachtbron wordt. De dieselmotoren passen beter bij een stevig gebruik. De 1,5-liter dieselmotor heeft een vergelijkbaar vermogen als zijn rivalen, maar hij voelt in het verkeer langzamer vergeleken met een Seat Leon 1.6 TDI 110 of Opel Astra 1.6 CDTi, omdat de Mégane een zwaardere auto is. Hij is wel stil, zelfs onder flinke belasting, maar je voelt wel de trillingen van de motor in de pedalen. De 1.6 130-dieselmotor past hem goed, biedt flexibele prestaties (zonder snel te zijn) en relatieve verfijning, plus een soepele loop tijdens snelwegritten. Het is niet de meest verfijnde dieselmotor in deze klasse, en je hoort nog steeds een rauw motorgeluid als je stevig gas geeft, maar hij biedt een heel acceptabel brandstofverbruik. De krachtigere versie van de 1,6-liter diesel is snel maar minder zuinig en ook niet erg verfijnd, en derhalve geen echte aanrader. De krachtigste 1,6-liter benzinemotor is alleen leverbaar in combinatie met de GT-trim en is gekoppeld aan een automatische bak met zeven versnellingen en dubbele koppeling. Het is een sportief model, ontworpen om te concurreren met auto's als de Ford Focus ST en de Peugeot 308 GTi . Op de weg voelt hij echter een beetje vlak aan en een beetje rafelig als je er hard mee gaat. De automaat schakelt soepel maar aarzelt af en toe wel bij het handmatig schakelen met de flippers achter het stuur. Waar de Mégane in uitblinkt is de hoeveelheid extra's die je krijgt vergeleken met zijn concurrenten. Zelfs de Life-trim heeft al cruise control, airco, een DAB-radio en Bluetooth. Je krijgt ook hoogteverstelling van de bestuurdersstoel en een lendensteun. We raden echter aan om uit te kijken naar de versies Bose of Exclusive, die nóg rijker zijn uitgerust. Er zijn ook belangrijke veiligheidsvoorzieningen aan boord, zoals een systeem dat waarschuwt wanneer je van je rijstrook afwijkt, automatisch inschakelen van lichten en ruitenwissers, automatisch dimmen van de koplampen, parkeersensors achter en snelheidslimietweergave. De sportiefste versies zijn de GT-Line en de recente, 280 pk sterke Renault Megane RS-versie .